Hoe vaak koop jij iets met korting? We worden overspoeld met opvallende reclames, tijdelijke aanbiedingen en last-minute vakantiedeals. Maar zorgen deze constante kortingen er niet voor dat producten minder waard worden? In dit artikel duiken we dieper in op de kortingscultuur.
Waar komen kortingen vandaan?
De oorsprong van kortingen is verweven met marketing. Coca-Cola was de eerste die korting, in de vorm van coupons, gebruikte in 1887. Grote baas Asa Chandler wilde het drankje aan een breder publiek introduceren: daarom maakte hij handgeschreven coupons, die ingewisseld konden worden voor een gratis glas Coca-Cola (fun fact: een glas Coca-Cola kostte destijds 5 cent). Het doel was om zo meer mensen het drankje te laten proeven, en het was een groot succes. In 1913 waren er maar liefst 8,5 miljoen gratis glazen cola uitgedeeld.
Als we verder teruggaan naar oude ruilsystemen, ontstond de vorm van kortingen als onderhandelde waarden van goederen. De opkomst van warenhuizen in de jaren 1860 introduceerde vaste prijskaartjes, maar bracht ook seizoensuitverkopen met zich mee. Supermarkten en winkelketens in de 20e eeuw breidden promoties uit, en in het digitale tijdperk zijn kortingen alleen maar populairder geworden.
De psychologie achter de kortingscultuur
We zouden dus kunnen stellen dat kortingen een marketingstrategie zijn. Ze spelen bovendien een grote rol in hoe een consument de waarde van een product inschat. Een product wordt aantrekkelijker als het een ‘koopje’ is; daar krijg je zelfs een kleine serotonineboost van. Echter, consistente kortingen kunnen vraagtekens bij consumenten oproepen. Als je je product altijd afprijst, hoeveel is het dan eigenlijk waard?
Wat er ook nog bij komt kijken, is het gevoel van urgentie. Dat ontstaat door tijdelijke aanbiedingen: je besluit een impulsaankoop te doen omdat je de deal anders misloopt. Neurologisch gezien stimuleert het veiligstellen van deze deal het beloningssysteem van de hersenen, waardoor er dopamine vrijkomt en je een euforisch gevoel krijgt. Maar het kan ook leiden tot gewoontevorming doordat je telkens zo’n kleine serotonineboost krijgt. Het najagen van kortingen is dan belangrijker geworden dan kopen wat je echt nodig hebt. Na de aankoop kun je overvallen worden door schuldgevoel: je had het immers niet echt nodig. Maar in het geval van korting wordt dit gevoel vaak verlicht met post-aankoop rationalisatie: de aankoop wordt gerechtvaardigd op basis van je korting (iemand bekend met de TikTok trend ‘girl math’?).
Het effect op merkloyaliteit
Merkloyaliteit is de trouw van een consument aan een merk, dat kun je terug zien in hun aankoopgewoonten. Constante kortingen kunnen onbedoeld een teken zijn van de wanhoop van een merk om te verkopen, waardoor consumenten zich afvragen: als het merk zijn producten niet voldoende waardeert om een constante prijs te behouden, waarom zouden zij dat dan wel doen? Continue uitverkoop kan dus het vertrouwen en de loyaliteit die consumenten in een merk stellen, verlagen.
Effect op kleinere merken
Voor opkomende merken, of merken met beperkte financiële middelen, kan het lastig zijn om het kortingstempo van grotere spelers bij te houden. Hoewel ze kwaliteit kunnen bieden, kan de kracht van grote merken en hun constante uitverkoop kleinere merken overschaduwen. Startende bedrijven hebben een keuze te maken in deze bestaande kortingscultuur: meedoen aan de kortingsparade en winstmarges verkleinen, of prijzen handhaven en het risico lopen over het hoofd te worden gezien?
De invloed van korting op koopgedrag
Ieder seizoen, elke feestdag en zelfs vakantie is er overal uitverkoop te vinden. Op deze manier worden consumenten geconditioneerd om te wachten met kopen. Waarom zou je nu iets kopen, als je weet dat er binnenkort een kortingssticker op zit? Deze verwachting kan de ‘normale’ aankoopcyclus in de war brengen en leiden tot onvoorspelbare verkooppatronen. Hierdoor is het voor bedrijven weer moeilijker om voorraad in te schatten en kopen.
Dus, kortingen: slimme zet?
Kortingen zijn voor zowel gevestigde als nieuwe merken een dubbelzijdig zwaard. Grote merken moeten afwegen of kortetermijnverkopen opwegen tegen potentiële devaluatie en stijgende consumentenverwachtingen van constante kortingen. Kunnen ze loyale klanten behouden zonder constante prijsverlagingen? Voor kleinere merken is het een uitdaging om klanten aan te trekken met kortingen zonder hun unieke waarde of winstmarges in gevaar te brengen.
De kortingscultuur kent zowel voordelen als valkuilen. Merken dienen strategisch te handelen, hun prijsbeleid af te stemmen op lange termijn doelen, en rekening te houden met veranderlijke consumentenverwachtingen. In deze wereld van constante kortingen, waar ligt de ware waarde van een product? Het antwoord is niet eenduidig, maar het stellen van de vraag is essentieel in onze veranderlijke markt.